Wat betekent un in Italiaans?
Wat is de betekenis van het woord un in Italiaans? Het artikel legt de volledige betekenis uit, de uitspraak samen met tweetalige voorbeelden en instructies voor het gebruik van un in Italiaans.
Het woord un in Italiaans betekent een, een, ieder uur, elk uur, eenmaal per uur, bevoegd, gekwalificeerd, contractueel, vegetatief, benoembaar, onmiddellijk, direct, meteen, gelijk, even, vluchtig, kortstondig, plotseling, ineens, ergens anders, overzee, in het buitenland, stuk, stukje, beetje, noppes, nada, niks, ondervrager, tijdgeest, persoon die een monoloog houdt, iem. die een recital uitvoert, nog maar een kind, hele opgave, heel karwei, uitstellen, opschorten, een eed afleggen, op reis gaan, rondneuzen, afstruinen, klappen, applaudisseren, preken, prediken, vallen, tuimelen, fluiten, venten, razen, suizen, een miskraam hebben, zeuren, klagen, mopperen, zich aanstellen, zich voordoen, bijdragen, razen, een glimp opvangen van, slaan, een klap geven, zich voorstellen, in schoven zetten, omlijst, jongensachtig, nogal wat, heel wat, plaatselijk, lokaal, tijd vrijmaken, een miskraam hebben, emulgeren, dutten, tukken, missen, metalig klinken, opereren, beginnen aan, beginnen met, de bijnaam geven van, imponeren, serveren met, opdienen met, dreunen, bonzen, meppen, hernoemen, schoon sponzen, zijdelings, een klein beetje, cheese, ezel, tiende deel, iemand opzoeken, robotachtig, heel veel, vervloeken, sluieren, versluieren, gewoonte om iets te doen, zwaaien, wagen, smeden, varkensachtig, zwijnachtig, opwellen, indeuken, deuken, butsen, morgen, bijna, soort, soort van, call, controleren, luchtkastelen bouwen, glimlachen naar, maken, contracteren, ervaren, iemands aanwezigheid erkennen, afbeelden, proeven, testen, schaduwen, opbellen, vervangen, aflossen, wat, een paar, wat, beetje, vliegensvlug, razendsnel, overwogen, doordacht, visachtig, met een patroon. Raadpleeg de onderstaande details voor meer informatie.
Betekenis van het woord un
een(maschile) Tania sta mangiando un gelato. |
een(art. indeterm. maschile) C'è un mostro sotto il mio letto. |
ieder uur, elk uur, eenmaal per uuraggettivo La stazione trasmette principalmente musica con notiziari orari. |
bevoegd, gekwalificeerd
|
contractueel
L'accordo contrattuale dice che a me spetta il 15% dei profitti. |
vegetatief
|
benoembaaraggettivo |
onmiddellijk, direct
|
meteen, gelijk
L'immagine dell'esplosione fu trasmessa istantaneamente in tutto il mondo. |
even, vluchtig, kortstondig
|
plotseling, ineens
Improvvisamente ho sentito un rumore in cucina. |
ergens andersavverbio Quando videro il menu decisero di andare a pranzo altrove. Le mie chiavi devono essere altrove, perché non sono dove le lascio abitualmente. |
overzee, in het buitenland
|
stuk, stukje(afstand) La fattoria è un pezzetto più in giù sulla strada. |
beetjesostantivo femminile "Conosci il francese?" "Ho solo un'infarinatura." |
noppes, nada, niks(informeel) |
ondervrager(generico, formale) |
tijdgeest
|
persoon die een monoloog houdtsostantivo maschile |
iem. die een recital uitvoert(muziek) |
nog maar een kindsostantivo maschile Non ci si può aspettare che un bambino capisca il mercato azionario. |
hele opgave, heel karwei(figurato: compito arduo) (informeel) Tradurre 300 pagine di testi legali in 3 giorni? Questa sì che è un'impresa. |
uitstellen, opschorten(informale: rimandare, rifiutare) Oggi non possiamo incontrarci. Possiamo fare la prossima settimana? |
een eed afleggen
Il presidente giurò di difendere la costituzione. |
op reis gaan
|
rondneuzen, afstruinen
|
klappen, applaudisseren
Il pubblico applaudì fragorosamente all'arrivo della banda sul palco. |
preken, prediken
Un uomo arrabbiato stava predicando all'angolo della strada. |
vallen, tuimelen
La pila di libri non sembrava molto stabile; John gli diede un colpetto e ruzzolarono a terra. // Scivolò su una buccia di banana e ruzzolò dalle scale. |
fluiten
|
venten
L'ambulante è stato multato per aver venduto in strada senza licenza. |
razen, suizen
Jeffrey sfrecciò per il negozio. |
een miskraam hebben(aborto spontaneo) |
zeuren, klagen, mopperen
|
zich aanstellen, zich voordoen
|
bijdragen
|
razen(specialmente di veicoli a motore) L'automobile sfrecciò in una nuvola di gas di scarico. |
een glimp opvangen van(figuurlijk) Tom intravedeva il sole attraverso le nuvole. |
slaan, een klap geven
Wendy schiaffeggiò Carl quando scoprì che lui l'aveva tradita. |
zich voorstellen(raffigurarsi) Uno schizzo ti aiuterà ad immaginare il progetto del tuo giardino. |
in schoven zetten
|
omlijst(foto, quadri, ecc.) (foto, schilderij) Trudy ha appeso alcune stampe incorniciate alle pareti. |
jongensachtig(atto, gesto) |
nogal wat, heel wataggettivo Ha 85 anni, perciò dev'essere andato in pensione da abbastanza tempo. |
plaatselijk, lokaal
|
tijd vrijmaken(tempo) Puoi liberarti un po' per passare del tempo con lei? |
een miskraam hebben(aborto spontaneo) |
emulgeren
|
dutten, tukken(informeel) |
missen(sport: de bal) |
metalig klinken
L'armatura pesante sferragliava mentre camminava. |
opereren(chirurgia) (medisch) Il cane di Julie sarà operato domani. |
beginnen aan, beginnen met
|
de bijnaam geven van
I compagni di classe di Patricia la soprannominarono "quattrocchi" perché portava gli occhiali. |
imponeren
Il nobile ha impresso il suo sigillo nella cera. |
serveren met, opdienen met(cibo: contorni) (eten) Per accompagnare la bistecca ho ordinato un contorno di patate dolci. // Le nostre omelette sono accompagnate da insalata o patatine. |
dreunen, bonzen
|
meppen([qlcn], intenzionalmente) (informeel) |
hernoemen
Il comune ha rinominato la via "Palm Boulevard". |
schoon sponzen(con una spugna) |
zijdelings
Helen ha dato lateralmente un'occhiata alla ragazza vicino a lei. |
een klein beetje
I piatti messicani sono leggermente più piccanti di quelli a cui sono abituato. |
cheese(anglicismo, interiezione) Il fotografo ci ha chiesto di dire "cheese!" |
ezel(figurato) (informeel, figuurlijk) |
tiende deel
|
iemand opzoeken
Contattami la prossima volta che ti trovi dalle mie parti. |
robotachtig(figurato) (figuurlijk) |
heel veel(informale: spesso) Teresa va parecchio in discoteca. |
vervloeken
Le streghe delle favole maledicono sempre qualcuno. |
sluieren, versluieren
|
gewoonte om iets te doen
Quando ero giovane andavo alla chiesa del quartiere. Toen ik jong was had ik de gewoonte om naar de kerk te gaan. |
zwaaien(con un cenno della mano) Lo vide salutare dall'estremità del pontile. |
wagen(figurato) Questo è un grosso rischio da assumersi per la tua impresa: non dovresti scommettere a meno che tu non sia sicuro di poterti permettere le perdite qualora andasse storto. |
smeden(figuurlijk) Il re non immaginava che alle sue spalle si stesse tramando per detronizzarlo. |
varkensachtig, zwijnachtigaggettivo |
opwellen(figurato: crescere) |
indeuken, deuken, butsen(con un'incisione) Ha segnato il coperchio usando un punteruolo e un martello. |
morgen(in futuro) (figuurlijk: later) Speriamo in giorni più felici un domani! |
bijna
Ho quasi dimenticato di chiudere a chiave la porta. |
soort, soort van(informeel) Credo di iniziare a capire come funziona. Beh, quasi. |
call(giochi di carte) Ho deciso di vedere, e gli altri hanno dovuto mostrare le carte. |
controleren
Non so se ho chiuso la porta a chiave. Puoi controllare? |
luchtkastelen bouwen(figuurlijk) |
glimlachen naar
È fantastico quando il tuo bebè ti sorride per la prima volta. |
maken(winst) |
contracteren(sport) Hanno ingaggiato il campione di basket con un nuovo contratto. |
ervaren
Vorrei provare solo un po' del suo stile di vita. |
iemands aanwezigheid erkennen
Non mi ha nemmeno salutato. |
afbeelden
|
proeven, testen
Ha assaggiato il cibo ma non ha comprato niente. |
schaduwen
L'agente pedinava il sospettato. |
opbellen(al telefono) Ieri ho chiamato Fiona, ma non ha mai risposto. |
vervangen, aflossen(normale turnazione) Gli operai del turno di notte arrivarono per sostituire Monica e i suoi colleghi. |
wat(partitivo) Hai del pane? |
een paar, wat
Ho mangiato un po' di cioccolatini, ma non molti. |
beetjesostantivo maschile Voglio appena un po' di sale sulle patate. |
vliegensvlug, razendsnelaggettivo Il cavallo da corsa era rapido come un fulmine. |
overwogen, doordacht
L'artista ha realizzato questi schizzi in preparazione a un quadro, frutto di una riflessione coerente. |
visachtigaggettivo La lucertola ha delle appendici simili ad un pesce sulla schiena. |
met een patroon
La sciarpa colorata con un disegno si abbinava a qualsiasi giacca. |
Laten we Italiaans leren
Dus nu je meer weet over de betekenis van un in Italiaans, kun je leren hoe je ze kunt gebruiken aan de hand van geselecteerde voorbeelden en hoe je lees ze. En vergeet niet om de verwante woorden die we voorstellen te leren. Onze website wordt voortdurend bijgewerkt met nieuwe woorden en nieuwe voorbeelden, zodat u de betekenissen van andere woorden die u niet kent, kunt opzoeken in Italiaans.
Verwante woorden van un
Geüpdatete woorden van Italiaans
Ken je iets van Italiaans
Italiaans (italiano) is een Romaanse taal en wordt gesproken door ongeveer 70 miljoen mensen, van wie de meesten in Italië wonen. Italiaans gebruikt het Latijnse alfabet. De letters J, K, W, X en Y komen niet voor in het standaard Italiaanse alfabet, maar komen wel voor in leenwoorden uit het Italiaans. Italiaans is de tweede meest gesproken taal in de Europese Unie met 67 miljoen sprekers (15% van de EU-bevolking) en het wordt als tweede taal gesproken door 13,4 miljoen EU-burgers (3%). Italiaans is de belangrijkste werktaal van de Heilige Stoel en dient als de lingua franca in de rooms-katholieke hiërarchie. Een belangrijke gebeurtenis die heeft bijgedragen aan de verspreiding van het Italiaans was de verovering en bezetting van Italië door Napoleon in het begin van de 19e eeuw. Deze verovering stimuleerde de eenwording van Italië enkele decennia later en duwde de taal van de Italiaanse taal. Italiaans werd een taal die niet alleen werd gebruikt door secretarissen, aristocraten en de Italiaanse rechtbanken, maar ook door de bourgeoisie.