Wat betekent abito in Italiaans?
Wat is de betekenis van het woord abito in Italiaans? Het artikel legt de volledige betekenis uit, de uitspraak samen met tweetalige voorbeelden en instructies voor het gebruik van abito in Italiaans.
Het woord abito in Italiaans betekent wonen, wonen in, wonen, bewoner, verblijven, jurk, klederdracht, pak, kostuum, habijt, jurk, japon, kleren, pak, kostuum, huren, op internaat zitten. Raadpleeg de onderstaande details voor meer informatie.
Betekenis van het woord abito
wonenverbo intransitivo Luca abita al secondo piano. |
wonen in
Gli eremiti abitano questo bosco da secoli. |
wonen
|
bewoner(animale tipico di un paesaggio) |
verblijvenverbo transitivo o transitivo pronominale Una rock star e il suo gruppo occupano la suite nell'attico. |
jurk(da donna) La ragazza indossava un abito increspato e un berretto intonato. |
klederdracht(formeel) |
pak, kostuumsostantivo maschile In quella parte dell'Olanda le donne portano ancora gli abiti tradizionali. |
habijtsostantivo maschile (religioso) Le suore camminano per le strade con i loro abiti durante il fine settimana. |
jurk, japon
Indossava un magnifico vestito blu. |
kleren(abbigliamento) |
pak, kostuumsostantivo maschile (da uomo o da donna) Ha indossato il suo abito nuovo al matrimonio. |
hurenverbo intransitivo Hai la casa di proprietà o sei in affitto? |
op internaat zittenverbo intransitivo (scuole, collegi) James non è uno studente esterno, abita nel campus. |
Laten we Italiaans leren
Dus nu je meer weet over de betekenis van abito in Italiaans, kun je leren hoe je ze kunt gebruiken aan de hand van geselecteerde voorbeelden en hoe je lees ze. En vergeet niet om de verwante woorden die we voorstellen te leren. Onze website wordt voortdurend bijgewerkt met nieuwe woorden en nieuwe voorbeelden, zodat u de betekenissen van andere woorden die u niet kent, kunt opzoeken in Italiaans.
Verwante woorden van abito
Geüpdatete woorden van Italiaans
Ken je iets van Italiaans
Italiaans (italiano) is een Romaanse taal en wordt gesproken door ongeveer 70 miljoen mensen, van wie de meesten in Italië wonen. Italiaans gebruikt het Latijnse alfabet. De letters J, K, W, X en Y komen niet voor in het standaard Italiaanse alfabet, maar komen wel voor in leenwoorden uit het Italiaans. Italiaans is de tweede meest gesproken taal in de Europese Unie met 67 miljoen sprekers (15% van de EU-bevolking) en het wordt als tweede taal gesproken door 13,4 miljoen EU-burgers (3%). Italiaans is de belangrijkste werktaal van de Heilige Stoel en dient als de lingua franca in de rooms-katholieke hiërarchie. Een belangrijke gebeurtenis die heeft bijgedragen aan de verspreiding van het Italiaans was de verovering en bezetting van Italië door Napoleon in het begin van de 19e eeuw. Deze verovering stimuleerde de eenwording van Italië enkele decennia later en duwde de taal van de Italiaanse taal. Italiaans werd een taal die niet alleen werd gebruikt door secretarissen, aristocraten en de Italiaanse rechtbanken, maar ook door de bourgeoisie.