Wat betekent completo in Italiaans?

Wat is de betekenis van het woord completo in Italiaans? Het artikel legt de volledige betekenis uit, de uitspraak samen met tweetalige voorbeelden en instructies voor het gebruik van completo in Italiaans.

Het woord completo in Italiaans betekent volbrengen, voltooien, afmaken, volbrengen, voltooien, iets gedaan krijgen, afmaken, voltooien, de finish of eindmeet bereiken, uitweiden, uitschrijven, afmaken, afmaken, volbrengen, complementeren, in evenwicht brengen, afmaken, beëindigen, completeren, vervolledigen, uitkomen, af, klaar, gedaan, sluiten, vullen, compleet, af, volbracht, voltooid, volledig, totaal, compleet, uitrusting, outfit, afgerond, pak, kostuum, ensemble, setje, alomvattend, volledig, volledig, totaal, compleet, goed, compleet, volledig, totaal, volgeboekt, , gigantisch, immens, enorm, besloten, gesloten, compleet, volledig, tweeslachtig, volledig, totaal, absoluut, totaal, compleet, uitputtend, grondig, gedegen, onverkort, volslagen, volkomen, totaal, compleet, geheel, heel, pak, kostuum, onverdeeld, louter, puur, regelrecht, volledig, volwaardig, compleet, volkomen, totaal, heel, geheel, volledig, nakomen, par spelen. Raadpleeg de onderstaande details voor meer informatie.

Luister naar uitspraak

Betekenis van het woord completo

volbrengen, voltooien

verbo transitivo o transitivo pronominale

Hanno completato la raccolta fondi, raggiungendo il loro obiettivo.

afmaken, volbrengen, voltooien

verbo transitivo o transitivo pronominale

Completerò il dipinto entro venerdì.

iets gedaan krijgen

verbo transitivo o transitivo pronominale

La sospensione mi darà un po' di tempo per completare qualcosa qua e là per casa.

afmaken, voltooien

verbo transitivo o transitivo pronominale

Devo finire i miei compiti prima di andare al centro commerciale.

de finish of eindmeet bereiken

verbo transitivo o transitivo pronominale

Ha completato la gara in 35 minuti.

uitweiden

verbo transitivo o transitivo pronominale

Puoi precisare meglio le tue dichiarazioni di prima?

uitschrijven

Devi ampliare i tuoi appunti in frasi complete.

afmaken

(werk of opdracht)

Dovresti essere in grado di finire questo lavoro in due ore.

afmaken, volbrengen

verbo transitivo o transitivo pronominale

Finirà la traduzione entro i prossimi 30 minuti.

complementeren, in evenwicht brengen

Gli arredi sono perfettamente complementari all'architettura dell'edificio.

afmaken, beëindigen

verbo transitivo o transitivo pronominale

Finite la relazione prima di andare a casa.

completeren, vervolledigen

verbo transitivo o transitivo pronominale

L'attività di volontariato svolta da Dave l'estate scorsa ha davvero arricchito il suo CV.

uitkomen

af, klaar, gedaan

Abbiamo finito tre relazioni, ne manca una!

sluiten, vullen

verbo transitivo o transitivo pronominale

I muratori hanno completato il muro con l'ultimo mattone.

compleet

aggettivo

Con l'acquisizione dell'ultimo libro mancante, la collezione era completa.

af, volbracht, voltooid

aggettivo

È finito il progetto o è ancora in corso?

volledig, totaal, compleet

aggettivo

La guerra ha causato la completa distruzione della città.

uitrusting, outfit

(formale)

Rachel si sta comprando un completo nuovo per andare in vacanza.

afgerond

aggettivo (figuurlijk)

Il documentario avrebbe potuto dare una visione più completa dell'argomento.

pak, kostuum, ensemble

sostantivo maschile (abbigliamento)

Rebecca indossa un completo molto chic.

setje

sostantivo maschile (vestiti)

Ti piace il completo che ho comprato?

alomvattend, volledig

volledig, totaal, compleet

(su tutta la superficie)

goed

(informale)

Questa casa ha bisogno di una bella pulita.

compleet, volledig, totaal

Le vacanze al mare con il sole sono la felicità assoluta.

volgeboekt

aggettivo

L'albergo che avevamo scelto era al completo, ma ne abbiamo trovato un altro nelle vicinanze.

Era tanto sconvolta che fece una perfetta scenata nel bel mezzo del negozio.
Nadat hij het slechte nieuws had gehoord draaide hij helemaal door.

gigantisch, immens, enorm

aggettivo

besloten, gesloten

aggettivo

Disegna un cerchio completo sulla carta millimetrata.

compleet, volledig

aggettivo

Il progetto è stato un completo fallimento e non ha portato a niente.

tweeslachtig

aggettivo (bloemen met zowel meeldraden als stamper)

Un fiore perfetto ha sia elementi femminili che maschili.

volledig, totaal, absoluut

C'era un caos totale a causa dello sciopero dei mezzi di trasporto.

totaal, compleet

aggettivo

A Mary era stata data totale libertà di agire come voleva.

uitputtend, grondig, gedegen

onverkort

aggettivo

In questi giorni sto leggendo la versione integrale del romanzo.

volslagen, volkomen, totaal, compleet

aggettivo

geheel, heel

aggettivo

pak, kostuum

sostantivo maschile (da uomo o da donna)

Ha indossato il suo abito nuovo al matrimonio.

onverdeeld

louter, puur

aggettivo (colloquiale)

È stato un momento di assoluta gioia per Roger quando ha vinto la gara.

regelrecht

(figuurlijk: ramp)

La perdita del loro allenatore è stata un completo disastro per la squadra.

volledig, volwaardig

compleet, volkomen, totaal

Sono gemelli, ma in quanto a carattere sono l'esatto contrario.

heel, geheel, volledig

aggettivo

Non si trattava solo di qualche libro, si trattava di un'intera biblioteca.

nakomen

(compito) (van verplichting)

par spelen

verbo transitivo o transitivo pronominale (golf)

Adrian ha completato le ultime due buche in par.

Laten we Italiaans leren

Dus nu je meer weet over de betekenis van completo in Italiaans, kun je leren hoe je ze kunt gebruiken aan de hand van geselecteerde voorbeelden en hoe je lees ze. En vergeet niet om de verwante woorden die we voorstellen te leren. Onze website wordt voortdurend bijgewerkt met nieuwe woorden en nieuwe voorbeelden, zodat u de betekenissen van andere woorden die u niet kent, kunt opzoeken in Italiaans.

Ken je iets van Italiaans

Italiaans (italiano) is een Romaanse taal en wordt gesproken door ongeveer 70 miljoen mensen, van wie de meesten in Italië wonen. Italiaans gebruikt het Latijnse alfabet. De letters J, K, W, X en Y komen niet voor in het standaard Italiaanse alfabet, maar komen wel voor in leenwoorden uit het Italiaans. Italiaans is de tweede meest gesproken taal in de Europese Unie met 67 miljoen sprekers (15% van de EU-bevolking) en het wordt als tweede taal gesproken door 13,4 miljoen EU-burgers (3%). Italiaans is de belangrijkste werktaal van de Heilige Stoel en dient als de lingua franca in de rooms-katholieke hiërarchie. Een belangrijke gebeurtenis die heeft bijgedragen aan de verspreiding van het Italiaans was de verovering en bezetting van Italië door Napoleon in het begin van de 19e eeuw. Deze verovering stimuleerde de eenwording van Italië enkele decennia later en duwde de taal van de Italiaanse taal. Italiaans werd een taal die niet alleen werd gebruikt door secretarissen, aristocraten en de Italiaanse rechtbanken, maar ook door de bourgeoisie.