Wat betekent una volta in Italiaans?

Wat is de betekenis van het woord una volta in Italiaans? Het artikel legt de volledige betekenis uit, de uitspraak samen met tweetalige voorbeelden en instructies voor het gebruik van una volta in Italiaans.

Het woord una volta in Italiaans betekent één keer, zodra, als, zodra, als, één keer, in het verleden, ooit, eens, ooit, eens, lang geleden, een keer, vroeger, ooit, eens, een dag, gewoonte om iets te doen, eens, ooit, vroeger, zodra, als, jaarlijks, voor één keer, voor deze ene keer, voor eens en altijd, er was eens, er waren eens, voorgoed, soms, voor een keer, voor de verandering, eenmalig, uniek, je leeft maar één keer, ver verleden, grijs verleden, eenmalig, uniek, jaarlijks. Raadpleeg de onderstaande details voor meer informatie.

Luister naar uitspraak

Betekenis van het woord una volta

één keer

sostantivo femminile

Ho bevuto il caffè solo una volta perché lo detestavo.

zodra, als

Una volta provato il cibo tailandese, ne vorrai ancora.

zodra, als

Puoi pagarlo una volta arrivato qui.

één keer

sostantivo femminile

Una volta è abbastanza per me. Non sono interessato a farlo di nuovo.

in het verleden

avverbio

Una volta andavo al lavoro in bicicletta, ma ora abito troppo lontano e non mi è più possibile.

ooit, eens

locuzione avverbiale

Una volta sapevo cucire.

ooit, eens

locuzione avverbiale

L'uomo che una volta era sposato, ha ottenuto il divorzio.

lang geleden

avverbio

In passato, molto prima della moderna industrializzazione, tutti i lavori venivano fatti a mano.

een keer

locuzione avverbiale

Mi ricordo che una volta mio fratello è tornato a casa ubriaco.

vroeger

locuzione avverbiale

Una volta le cose si facevano diversamente.

ooit, eens

locuzione avverbiale

een dag

avverbio

L'inverno scorso una volta ha nevicato tantissimo.

gewoonte om iets te doen

Quando ero giovane andavo alla chiesa del quartiere.
Toen ik jong was had ik de gewoonte om naar de kerk te gaan.

eens, ooit

Un tempo si poteva comprare il latte direttamente dal contadino.

vroeger

avverbio

Una volta andava in bicicletta, ma adesso si muove in macchina.
ⓘQuesta frase non è una traduzione della frase di origine. Vroeger pakte hij de fiets maar nu gaat hij met de auto.

zodra, als

Una volta che le prove diventeranno pubbliche, ci sarà una protesta.

jaarlijks

Facciamo controllare il nostro allarme antincendio una volta all'anno.

voor één keer, voor deze ene keer

Mi piacerebbe che per una volta chiedessi le cose in modo educato. Farò un'eccezione una volta sola.

voor eens en altijd

avverbio

Mi hai detto di sì, poi di no. Una volta per tutte, vuoi sposarmi?

er was eens, er waren eens

(fiabe) (sprookje)

C'era una volta, in un paese lontano lontano, un'orfanella che viveva con la matrigna cattiva.

voorgoed

avverbio

Con l'ultimo grave incidente la sua carriera sportiva è finita una volta per tutte.

soms

Sento qualcuno dei miei vecchi compagni di scuola una volta ogni tanto.

voor een keer

avverbio (contrariamente al solito)

Forse dovrei cominciare a lavorare una buona volta, invece di rimandare all'infinito.

voor de verandering

(contrariamente al solito)

mi fa piacere vedere che sorride, una volta tanto.

eenmalig, uniek

locuzione avverbiale

Un'opportunità come questa capita solo una volta nella vita.

je leeft maar één keer

ver verleden, grijs verleden

sostantivo plurale maschile

Ai tempi di una volta, si misurava confrontando gli oggetti con parti del corpo umano.

eenmalig, uniek

verbo intransitivo

I fratelli pensavano che il viaggio intorno al mondo fosse un'opportunità che capitava solo una volta nella vita.

jaarlijks

Le persone sopra i 60 anni dovrebbero fare l'esame una volta l'anno.

Laten we Italiaans leren

Dus nu je meer weet over de betekenis van una volta in Italiaans, kun je leren hoe je ze kunt gebruiken aan de hand van geselecteerde voorbeelden en hoe je lees ze. En vergeet niet om de verwante woorden die we voorstellen te leren. Onze website wordt voortdurend bijgewerkt met nieuwe woorden en nieuwe voorbeelden, zodat u de betekenissen van andere woorden die u niet kent, kunt opzoeken in Italiaans.

Ken je iets van Italiaans

Italiaans (italiano) is een Romaanse taal en wordt gesproken door ongeveer 70 miljoen mensen, van wie de meesten in Italië wonen. Italiaans gebruikt het Latijnse alfabet. De letters J, K, W, X en Y komen niet voor in het standaard Italiaanse alfabet, maar komen wel voor in leenwoorden uit het Italiaans. Italiaans is de tweede meest gesproken taal in de Europese Unie met 67 miljoen sprekers (15% van de EU-bevolking) en het wordt als tweede taal gesproken door 13,4 miljoen EU-burgers (3%). Italiaans is de belangrijkste werktaal van de Heilige Stoel en dient als de lingua franca in de rooms-katholieke hiërarchie. Een belangrijke gebeurtenis die heeft bijgedragen aan de verspreiding van het Italiaans was de verovering en bezetting van Italië door Napoleon in het begin van de 19e eeuw. Deze verovering stimuleerde de eenwording van Italië enkele decennia later en duwde de taal van de Italiaanse taal. Italiaans werd een taal die niet alleen werd gebruikt door secretarissen, aristocraten en de Italiaanse rechtbanken, maar ook door de bourgeoisie.