Wat betekent filo in Italiaans?

Wat is de betekenis van het woord filo in Italiaans? Het artikel legt de volledige betekenis uit, de uitspraak samen met tweetalige voorbeelden en instructies voor het gebruik van filo in Italiaans.

Het woord filo in Italiaans betekent spinnen, spinnen, spinnen, weven, rij, er vandoor gaan, 'm smeren, hem smeren, hem peren, rij, vloeien, lopen, klinken, kabel, draad, garen, draad, lijn, pluim, pluk, beetje, waslijn, rookpluim, streng, koord, snoer, elektriciteitskabel, kabel, sleepkabel, gesijpel, streng, streepje, straaltje, spinnen, weven, rennen, ervandoor gaan. Raadpleeg de onderstaande details voor meer informatie.

Luister naar uitspraak

Betekenis van het woord filo

spinnen

verbo transitivo o transitivo pronominale (fibre tessili) (van draad)

I tessitori filano la fibra tessile in filati e poi ne fanno tessuti.

spinnen

verbo intransitivo (fibre tessili) (van draad)

Il lavoratore tessile sapeva filare velocemente.

spinnen, weven

verbo transitivo o transitivo pronominale (van een web)

Il ragno tesse la ragnatela per catturare gli insetti.

rij

sostantivo maschile

Mi piace piantare filari di giunchiglie.

er vandoor gaan, 'm smeren

verbo intransitivo (colloquiale) (informeel)

Filiamo, dobbiamo essere là entro venti minuti.

hem smeren, hem peren

verbo intransitivo (colloquiale)

Questa festa fa pena; io taglio la corda.

rij

Ha piantato un fila di patate in giardino.

vloeien, lopen, klinken

(avere una buona fluidità) (figuurlijk)

Ascolta bene l'espressione, e nota come scorre.

kabel

sostantivo maschile (elettrico)

Possiamo far passare i cavi sotto alla moquette.

draad

sostantivo maschile (filo di base)

Usa un filo per unire le pezze.

garen

sostantivo maschile

Marilyn prese del filo e iniziò a lavorare a maglia.

draad, lijn

(figurato) (figuurlijk)

Un filo di umorismo attraversava tutto il suo discorso.

pluim, pluk

sostantivo maschile (rook)

Un filo di fumo proveniente dal camino ondeggiava nel cielo.

beetje

sostantivo maschile (un poco, una piccolissima quantità di)

La finestra si è rotta giusto un filo.

waslijn

(per il bucato)

Ha steso i vestiti sul filo per farli asciugare.

rookpluim

sostantivo maschile (di fumo)

Un filo di fumo salì dal camino.

streng

(di fune)

Maria afferrò un trefolo lento di filo dalla gonna.

koord, snoer

Carl legò il pacco con la corda.

elektriciteitskabel

sostantivo maschile

Questo filo (or: cavo) è troppo corto per arrivare alla presa elettrica.

kabel, sleepkabel

sostantivo maschile

Gli acrobati erano sospesi a dei cavi di modo che sembrasse che stessero volando.

gesijpel

(di liquido)

James non aveva chiuso bene il rubinetto e ne usciva ancora un filo d'acqua.

streng

Legate il pacco con dello spago.

streepje, straaltje

sostantivo maschile (di luce)

Un filo di luce è filtrato attraverso le tende.

spinnen, weven

verbo intransitivo (van een web)

Il ragno tesse la tela abilmente.

rennen

Arriverai in ritardo a scuola, fila via di corsa!

ervandoor gaan

verbo intransitivo (informale: andarsene)

L'allarme antincendio scattò e tutti dovettero filare via.

Laten we Italiaans leren

Dus nu je meer weet over de betekenis van filo in Italiaans, kun je leren hoe je ze kunt gebruiken aan de hand van geselecteerde voorbeelden en hoe je lees ze. En vergeet niet om de verwante woorden die we voorstellen te leren. Onze website wordt voortdurend bijgewerkt met nieuwe woorden en nieuwe voorbeelden, zodat u de betekenissen van andere woorden die u niet kent, kunt opzoeken in Italiaans.

Ken je iets van Italiaans

Italiaans (italiano) is een Romaanse taal en wordt gesproken door ongeveer 70 miljoen mensen, van wie de meesten in Italië wonen. Italiaans gebruikt het Latijnse alfabet. De letters J, K, W, X en Y komen niet voor in het standaard Italiaanse alfabet, maar komen wel voor in leenwoorden uit het Italiaans. Italiaans is de tweede meest gesproken taal in de Europese Unie met 67 miljoen sprekers (15% van de EU-bevolking) en het wordt als tweede taal gesproken door 13,4 miljoen EU-burgers (3%). Italiaans is de belangrijkste werktaal van de Heilige Stoel en dient als de lingua franca in de rooms-katholieke hiërarchie. Een belangrijke gebeurtenis die heeft bijgedragen aan de verspreiding van het Italiaans was de verovering en bezetting van Italië door Napoleon in het begin van de 19e eeuw. Deze verovering stimuleerde de eenwording van Italië enkele decennia later en duwde de taal van de Italiaanse taal. Italiaans werd een taal die niet alleen werd gebruikt door secretarissen, aristocraten en de Italiaanse rechtbanken, maar ook door de bourgeoisie.