Wat betekent terminare in Italiaans?

Wat is de betekenis van het woord terminare in Italiaans? Het artikel legt de volledige betekenis uit, de uitspraak samen met tweetalige voorbeelden en instructies voor het gebruik van terminare in Italiaans.

Het woord terminare in Italiaans betekent beëindigen, aflopen, stoppen, ophouden, gedaan, volbracht, afgemaakt, beëindigd, afmaken, volbrengen, voltooien, afmaken, volbrengen, beëindigen, beëindigen, afronden, opeten, zijn hoogste punt bereiken, eindigen, ophouden, afronden, beëindigen, opmaken, besluiten, concluderen, uitkomen, afronden, voltooien, sluiten voor de schoolvakanties, de finish of eindmeet bereiken, stoppen, eindigen, aflopen, eindigen, sluiten, eindigen, door de zure appel heen bijten, uit de lucht. Raadpleeg de onderstaande details voor meer informatie.

Luister naar uitspraak

Betekenis van het woord terminare

beëindigen

Il capo decise che Tom non era idoneo per il lavoro e terminò il suo contratto.

aflopen, stoppen

verbo intransitivo

La commedia finisce lunedì.

ophouden

Emily si lamenta sempre del suo ragazzo, non smette mai.

gedaan, volbracht, afgemaakt, beëindigd

verbo intransitivo (werkwoordsvorm)

La partita è finita alle quattro.

afmaken, volbrengen, voltooien

verbo transitivo o transitivo pronominale

Completerò il dipinto entro venerdì.

afmaken, volbrengen

verbo transitivo o transitivo pronominale

Finirà la traduzione entro i prossimi 30 minuti.

beëindigen

Il direttore del personale ha concluso in anticipo la riunione.

beëindigen, afronden

verbo transitivo o transitivo pronominale

Dan terminò la relazione e la spedì al suo capo.

opeten

verbo transitivo o transitivo pronominale

John ha finito di mangiare e poi è uscito di casa.

zijn hoogste punt bereiken

verbo intransitivo (hemellichaam)

Questa particolare stella culmina a metà dell'inverno per poi scomparire con il sopraggiungere dell'estate.

eindigen, ophouden

verbo intransitivo

Mi dispiace vedere che il loro sito web sta chiudendo.

afronden, beëindigen

verbo intransitivo

Terminiamo e andiamo a casa.

opmaken

verbo transitivo o transitivo pronominale

Ha finito la scatola di cereali e ha dovuto aprirne un'altra.

besluiten, concluderen

verbo transitivo o transitivo pronominale

Il parroco ha concluso la sua omelia chiedendo alla congregazione di pregare.

uitkomen

afronden, voltooien

verbo transitivo o transitivo pronominale

Non sarà facile, ma porteremo a termine questo progetto.

sluiten voor de schoolvakanties

verbo transitivo o transitivo pronominale (informale)

La scuola finisce la prossima settimana per le vacanze estive.

de finish of eindmeet bereiken

verbo transitivo o transitivo pronominale

Ha completato la gara in 35 minuti.

stoppen, eindigen, aflopen

La mia lezione finisce a mezzogiorno.

eindigen

Il concerto è finito con un concerto per violino di Mozart.

sluiten, eindigen

Le procedure si sono chiuse in tempo.

door de zure appel heen bijten

(figurato) (figuurlijk)

È meglio togliersi il pensiero adesso piuttosto che lasciarlo da fare all'ultimo momento.
Het beste is om door de zure appel heen te bijten dan het tot de laatste minuut uit te stellen.

uit de lucht

(radio, televisione) (figuurlijk, radio, tv)

La nostra radio locale chiude le trasmissioni a mezzanotte, e dopo non ci sarà più niente da ascoltare.

Laten we Italiaans leren

Dus nu je meer weet over de betekenis van terminare in Italiaans, kun je leren hoe je ze kunt gebruiken aan de hand van geselecteerde voorbeelden en hoe je lees ze. En vergeet niet om de verwante woorden die we voorstellen te leren. Onze website wordt voortdurend bijgewerkt met nieuwe woorden en nieuwe voorbeelden, zodat u de betekenissen van andere woorden die u niet kent, kunt opzoeken in Italiaans.

Ken je iets van Italiaans

Italiaans (italiano) is een Romaanse taal en wordt gesproken door ongeveer 70 miljoen mensen, van wie de meesten in Italië wonen. Italiaans gebruikt het Latijnse alfabet. De letters J, K, W, X en Y komen niet voor in het standaard Italiaanse alfabet, maar komen wel voor in leenwoorden uit het Italiaans. Italiaans is de tweede meest gesproken taal in de Europese Unie met 67 miljoen sprekers (15% van de EU-bevolking) en het wordt als tweede taal gesproken door 13,4 miljoen EU-burgers (3%). Italiaans is de belangrijkste werktaal van de Heilige Stoel en dient als de lingua franca in de rooms-katholieke hiërarchie. Een belangrijke gebeurtenis die heeft bijgedragen aan de verspreiding van het Italiaans was de verovering en bezetting van Italië door Napoleon in het begin van de 19e eeuw. Deze verovering stimuleerde de eenwording van Italië enkele decennia later en duwde de taal van de Italiaanse taal. Italiaans werd een taal die niet alleen werd gebruikt door secretarissen, aristocraten en de Italiaanse rechtbanken, maar ook door de bourgeoisie.