Wat betekent padrone in Italiaans?

Wat is de betekenis van het woord padrone in Italiaans? Het artikel legt de volledige betekenis uit, de uitspraak samen met tweetalige voorbeelden en instructies voor het gebruik van padrone in Italiaans.

Het woord padrone in Italiaans betekent dominatrix, meesteres, huisbazin, eigenares, pensionhoudster, meesteres, bazin, baas, heer, meester, eigenaar, zaakvoerder, meester, heer, koning, opperheer, heer, gastvrouw, kasteelvrouwe, vrouw des huizes. Raadpleeg de onderstaande details voor meer informatie.

Luister naar uitspraak

Betekenis van het woord padrone

dominatrix, meesteres

(sessualmente)

huisbazin

(di casa)

La proprietaria raccoglie l'affitto il primo del mese.

eigenares

pensionhoudster

sostantivo femminile (di pub)

La proprietaria lavora anche come barista.

meesteres, bazin

sostantivo femminile

Lo schiavo prendeva servizio ogni mattina dalla padrona.

baas, heer, meester

sostantivo maschile (storico: di schiavo)

"Sì, padrone", disse lo schiavo.

eigenaar, zaakvoerder

Solo il titolare può prendere decisioni sulle assunzioni.

meester, heer, koning

sostantivo maschile (figuurlijk)

Il duca era il signore dell'intera regione.

opperheer

sostantivo maschile

heer

sostantivo maschile

Devo chiedere al signore cosa desidera per cena.
Ik moet mijnheer vragen wat hij wil eten.

gastvrouw

All'alba Harry ringraziò la padrona di casa e se ne andò.

kasteelvrouwe

sostantivo femminile

vrouw des huizes

Il venditore telefonico chiese di parlare con la padrona di casa.

Laten we Italiaans leren

Dus nu je meer weet over de betekenis van padrone in Italiaans, kun je leren hoe je ze kunt gebruiken aan de hand van geselecteerde voorbeelden en hoe je lees ze. En vergeet niet om de verwante woorden die we voorstellen te leren. Onze website wordt voortdurend bijgewerkt met nieuwe woorden en nieuwe voorbeelden, zodat u de betekenissen van andere woorden die u niet kent, kunt opzoeken in Italiaans.

Ken je iets van Italiaans

Italiaans (italiano) is een Romaanse taal en wordt gesproken door ongeveer 70 miljoen mensen, van wie de meesten in Italië wonen. Italiaans gebruikt het Latijnse alfabet. De letters J, K, W, X en Y komen niet voor in het standaard Italiaanse alfabet, maar komen wel voor in leenwoorden uit het Italiaans. Italiaans is de tweede meest gesproken taal in de Europese Unie met 67 miljoen sprekers (15% van de EU-bevolking) en het wordt als tweede taal gesproken door 13,4 miljoen EU-burgers (3%). Italiaans is de belangrijkste werktaal van de Heilige Stoel en dient als de lingua franca in de rooms-katholieke hiërarchie. Een belangrijke gebeurtenis die heeft bijgedragen aan de verspreiding van het Italiaans was de verovering en bezetting van Italië door Napoleon in het begin van de 19e eeuw. Deze verovering stimuleerde de eenwording van Italië enkele decennia later en duwde de taal van de Italiaanse taal. Italiaans werd een taal die niet alleen werd gebruikt door secretarissen, aristocraten en de Italiaanse rechtbanken, maar ook door de bourgeoisie.