Wat betekent fungo in Italiaans?
Wat is de betekenis van het woord fungo in Italiaans? Het artikel legt de volledige betekenis uit, de uitspraak samen met tweetalige voorbeelden en instructies voor het gebruik van fungo in Italiaans.
Het woord fungo in Italiaans betekent fungeren als, paddestoel, fungus, paddenstoel, zwam, champignon, schimmelinfectie, kop, fungeren als, dienen als, fungeren als. Raadpleeg de onderstaande details voor meer informatie.
Betekenis van het woord fungo
fungeren alsverbo intransitivo A volte un cacciavite può fungere da scalpello. |
paddestoelsostantivo maschile La foresta era piena di funghi velenosi. |
fungus, paddenstoel, zwamsostantivo maschile In questa zona crescono diverse specie di funghi commestibili. |
champignonsostantivo maschile Kelsey ha fatto funghi per cena. |
schimmelinfectie(medicina) Sembra che tu abbia un fungo ai piedi. |
kopsostantivo maschile (ferrovie, rotaie) Gli ingegneri hanno fissato il fungo della rotaia in modo che le ruote del treno possano correrci sopra senza sobbalzi. |
fungeren als(comportarsi, agire come) Ha fatto da segretario per questo incontro ed ha preso appunti. |
dienen als, fungeren alsverbo intransitivo (essere usato come) Lo studio funziona anche da camera degli ospiti. |
Laten we Italiaans leren
Dus nu je meer weet over de betekenis van fungo in Italiaans, kun je leren hoe je ze kunt gebruiken aan de hand van geselecteerde voorbeelden en hoe je lees ze. En vergeet niet om de verwante woorden die we voorstellen te leren. Onze website wordt voortdurend bijgewerkt met nieuwe woorden en nieuwe voorbeelden, zodat u de betekenissen van andere woorden die u niet kent, kunt opzoeken in Italiaans.
Verwante woorden van fungo
Geüpdatete woorden van Italiaans
Ken je iets van Italiaans
Italiaans (italiano) is een Romaanse taal en wordt gesproken door ongeveer 70 miljoen mensen, van wie de meesten in Italië wonen. Italiaans gebruikt het Latijnse alfabet. De letters J, K, W, X en Y komen niet voor in het standaard Italiaanse alfabet, maar komen wel voor in leenwoorden uit het Italiaans. Italiaans is de tweede meest gesproken taal in de Europese Unie met 67 miljoen sprekers (15% van de EU-bevolking) en het wordt als tweede taal gesproken door 13,4 miljoen EU-burgers (3%). Italiaans is de belangrijkste werktaal van de Heilige Stoel en dient als de lingua franca in de rooms-katholieke hiërarchie. Een belangrijke gebeurtenis die heeft bijgedragen aan de verspreiding van het Italiaans was de verovering en bezetting van Italië door Napoleon in het begin van de 19e eeuw. Deze verovering stimuleerde de eenwording van Italië enkele decennia later en duwde de taal van de Italiaanse taal. Italiaans werd een taal die niet alleen werd gebruikt door secretarissen, aristocraten en de Italiaanse rechtbanken, maar ook door de bourgeoisie.