Wat betekent scia in Italiaans?

Wat is de betekenis van het woord scia in Italiaans? Het artikel legt de volledige betekenis uit, de uitspraak samen met tweetalige voorbeelden en instructies voor het gebruik van scia in Italiaans.

Het woord scia in Italiaans betekent sjah, kielzog, kielwater, zog, nasleep, zuiging, spoor, skiën, skisport, condensspoor. Raadpleeg de onderstaande details voor meer informatie.

Luister naar uitspraak

Betekenis van het woord scia

sjah

sostantivo maschile (storico: sovrano della Persia) (geschiedenis)

kielzog, kielwater, zog

sostantivo femminile (di imbarcazione)

La nave lasciava una larga scia dietro di sé mentre si muoveva.

nasleep

Hanno dovuto togliere i rami caduti in conseguenza della tempesta.

zuiging

sostantivo femminile (aeronautica) (auto)

La squadra di scienziati ha analizzato la velocità della scia dal motore a reazione.

spoor

sostantivo femminile

L'aereo attraversò il cielo lasciando una scia bianca in coda.

skiën

A Robert piace sciare e passa sempre le vacanze in montagna.

skisport

A Nathan piace lo sci.

condensspoor

sostantivo femminile (di un velivolo) (van vliegtuig)

Laten we Italiaans leren

Dus nu je meer weet over de betekenis van scia in Italiaans, kun je leren hoe je ze kunt gebruiken aan de hand van geselecteerde voorbeelden en hoe je lees ze. En vergeet niet om de verwante woorden die we voorstellen te leren. Onze website wordt voortdurend bijgewerkt met nieuwe woorden en nieuwe voorbeelden, zodat u de betekenissen van andere woorden die u niet kent, kunt opzoeken in Italiaans.

Ken je iets van Italiaans

Italiaans (italiano) is een Romaanse taal en wordt gesproken door ongeveer 70 miljoen mensen, van wie de meesten in Italië wonen. Italiaans gebruikt het Latijnse alfabet. De letters J, K, W, X en Y komen niet voor in het standaard Italiaanse alfabet, maar komen wel voor in leenwoorden uit het Italiaans. Italiaans is de tweede meest gesproken taal in de Europese Unie met 67 miljoen sprekers (15% van de EU-bevolking) en het wordt als tweede taal gesproken door 13,4 miljoen EU-burgers (3%). Italiaans is de belangrijkste werktaal van de Heilige Stoel en dient als de lingua franca in de rooms-katholieke hiërarchie. Een belangrijke gebeurtenis die heeft bijgedragen aan de verspreiding van het Italiaans was de verovering en bezetting van Italië door Napoleon in het begin van de 19e eeuw. Deze verovering stimuleerde de eenwording van Italië enkele decennia later en duwde de taal van de Italiaanse taal. Italiaans werd een taal die niet alleen werd gebruikt door secretarissen, aristocraten en de Italiaanse rechtbanken, maar ook door de bourgeoisie.