Wat betekent rosa in Italiaans?

Wat is de betekenis van het woord rosa in Italiaans? Het artikel legt de volledige betekenis uit, de uitspraak samen met tweetalige voorbeelden en instructies voor het gebruik van rosa in Italiaans.

Het woord rosa in Italiaans betekent knagen, aantasten, aanvreten, roze, roos, roze, rozelaar, rozenstruik, roze, groep, selectie, lichting, groep. Raadpleeg de onderstaande details voor meer informatie.

Luister naar uitspraak

Betekenis van het woord rosa

knagen

(figurato) (figuurlijk)

L'avvertimento dell'anziana signora mi consumava.

aantasten, aanvreten

(figurato) (figuurlijk)

roze

aggettivo invariabile

Amava indossare la sua camicetta rosa.

roos

sostantivo femminile (fiore)

Le ho comprato una dozzina di rose per San Valentino.

roze

sostantivo maschile (colore)

Alcune ragazzine amano indossare il rosa.

rozelaar, rozenstruik

sostantivo femminile (pianta)

Abbiamo piantato delle rose lì.

roze

(colore) (kleur)

Pensava che avrei dovuto dipingere la stanza in giallo, ma io ho scelto il rosa.

groep, selectie

sostantivo femminile (figurato: gruppo)

Abbiamo una buona rosa di giocatori quest'anno.

lichting, groep

Quest'anno abbiamo un bel gruppo di nuovi giocatori di pallacanestro.

Laten we Italiaans leren

Dus nu je meer weet over de betekenis van rosa in Italiaans, kun je leren hoe je ze kunt gebruiken aan de hand van geselecteerde voorbeelden en hoe je lees ze. En vergeet niet om de verwante woorden die we voorstellen te leren. Onze website wordt voortdurend bijgewerkt met nieuwe woorden en nieuwe voorbeelden, zodat u de betekenissen van andere woorden die u niet kent, kunt opzoeken in Italiaans.

Ken je iets van Italiaans

Italiaans (italiano) is een Romaanse taal en wordt gesproken door ongeveer 70 miljoen mensen, van wie de meesten in Italië wonen. Italiaans gebruikt het Latijnse alfabet. De letters J, K, W, X en Y komen niet voor in het standaard Italiaanse alfabet, maar komen wel voor in leenwoorden uit het Italiaans. Italiaans is de tweede meest gesproken taal in de Europese Unie met 67 miljoen sprekers (15% van de EU-bevolking) en het wordt als tweede taal gesproken door 13,4 miljoen EU-burgers (3%). Italiaans is de belangrijkste werktaal van de Heilige Stoel en dient als de lingua franca in de rooms-katholieke hiërarchie. Een belangrijke gebeurtenis die heeft bijgedragen aan de verspreiding van het Italiaans was de verovering en bezetting van Italië door Napoleon in het begin van de 19e eeuw. Deze verovering stimuleerde de eenwording van Italië enkele decennia later en duwde de taal van de Italiaanse taal. Italiaans werd een taal die niet alleen werd gebruikt door secretarissen, aristocraten en de Italiaanse rechtbanken, maar ook door de bourgeoisie.