Wat betekent pratica in Italiaans?
Wat is de betekenis van het woord pratica in Italiaans? Het artikel legt de volledige betekenis uit, de uitspraak samen met tweetalige voorbeelden en instructies voor het gebruik van pratica in Italiaans.
Het woord pratica in Italiaans betekent praxis, praktijk, praktijk, oefening, gewoonte, trainerschap, uitoefenen, handig, nuttig, praktisch, handig, nuttig, ervarings-, vertrouwd zijn met, op de hoogte zijn van, functioneel, bruikbaar, bedreven, deskundig, praktisch, efficiënt, functioneel, no-nonsense, nuchter, prozaïsch, praktisch, concreet, empirisch, ervaren, geroutineerd, pragmatisch, niet sentimenteel, bedreven, haalbaar, hanteerbaar, kundig, bekwaam, gemakkelijk, handig, pragmaticus, in de praktijk, aantonen, kredietanalyse, analyse, al doende leren, in de praktijk brengen, overgenomen, bekend raken met, vervullen, ontplooien, regelen, organizeren, stage lopen. Raadpleeg de onderstaande details voor meer informatie.
Betekenis van het woord pratica
praxis, praktijksostantivo femminile |
praktijksostantivo femminile Devi mettere in pratica la tua conoscenza. |
oefening
L'esercizio del disegno ha aiutato gli studenti a migliorare le loro capacità. |
gewoonte
L'abitudine locale di passare i pomeriggi nei caffè si sta espandendo ad altre province. |
trainerschap
|
uitoefenenverbo transitivo o transitivo pronominale Questo dottore ha esercitato la professione di medico per anni. |
handig, nuttig
Le corde sono pratiche quando si fa escursionismo. |
praktisch, handig
Eugene è molto pratico: sa fare scaffalature e fare riparazioni in casa. |
nuttig
I loro mobili erano molto semplici e funzionali. |
ervarings-(in samenstellingen) Ci sono alcuni requisiti empirici che i candidati devono soddisfare. |
vertrouwd zijn met, op de hoogte zijn van
|
functioneel, bruikbaar
L'arredamento di Kate era spartano e funzionale. |
bedreven, deskundig
Frank è un nuotatore esperto. |
praktisch, efficiënt, functioneelaggettivo Questa app è molto pratica e mi aiuta in molti modi. |
no-nonsense, nuchter, prozaïschaggettivo |
praktisch, concreetaggettivo Andrew non aveva molta voglia di tornare a vivere dai suoi genitori dopo l'università ma si rendeva conto che era la cosa più pratica da fare. |
empirischaggettivo La ricerca empirica mostra che il metodo funziona. |
ervaren, geroutineerdaggettivo Sono trent'anni che John guida, il che fa di lui un guidatore esperto. |
pragmatischaggettivo (persona) Rachel è pragmatica con i soldi; li spende saggiamente. |
niet sentimenteel
|
bedreven
|
haalbaar, hanteerbaar
Mi rincresce dirlo ma il mio carico di lavoro non è più gestibile. |
kundig, bekwaamaggettivo Glenn è un venditore esperto. |
gemakkelijk, handig
Una penna è comodamente posizionata vicino ai moduli. |
pragmaticus
I pragmatisti prendono le loro decisioni sulla basa del raziocinio e del buon senso. |
in de praktijk
In pratica, non va sempre liscia. |
aantonensostantivo femminile (esposizione) Il caposquadra diede una dimostrazione del nuovo processo di produzione. |
kredietanalyse, analysesostantivo femminile (financieel) |
al doende leren
I dipendenti imparano con la pratica a prepararsi per ogni evenienza al lavoro. |
in de praktijk brengenverbo transitivo o transitivo pronominale Le nuove norme devono ancora essere messe in pratica. Abbiamo definito un progetto e ora è tempo di metterlo in pratica. |
overgenomenaggettivo Per la mia famiglia, festeggiare il Natale è una pratica adottata, non una cosa tradizionale nella nostra cultura. |
bekend raken met
Ci vuole un po' di tempo per prendere dimestichezza con le regole del gioco. |
vervullen, ontplooienverbo transitivo o transitivo pronominale L'esecutore di un testamento mette in pratica il volere del defunto. |
regelen, organizeren
Il coordinatore della campagna elettorale ha reso possibile l'elezione del presidente. |
stage lopenverbo transitivo o transitivo pronominale Durante l'estate Josh ha fatto il tirocinio presso una società high tech locale. |
Laten we Italiaans leren
Dus nu je meer weet over de betekenis van pratica in Italiaans, kun je leren hoe je ze kunt gebruiken aan de hand van geselecteerde voorbeelden en hoe je lees ze. En vergeet niet om de verwante woorden die we voorstellen te leren. Onze website wordt voortdurend bijgewerkt met nieuwe woorden en nieuwe voorbeelden, zodat u de betekenissen van andere woorden die u niet kent, kunt opzoeken in Italiaans.
Verwante woorden van pratica
Geüpdatete woorden van Italiaans
Ken je iets van Italiaans
Italiaans (italiano) is een Romaanse taal en wordt gesproken door ongeveer 70 miljoen mensen, van wie de meesten in Italië wonen. Italiaans gebruikt het Latijnse alfabet. De letters J, K, W, X en Y komen niet voor in het standaard Italiaanse alfabet, maar komen wel voor in leenwoorden uit het Italiaans. Italiaans is de tweede meest gesproken taal in de Europese Unie met 67 miljoen sprekers (15% van de EU-bevolking) en het wordt als tweede taal gesproken door 13,4 miljoen EU-burgers (3%). Italiaans is de belangrijkste werktaal van de Heilige Stoel en dient als de lingua franca in de rooms-katholieke hiërarchie. Een belangrijke gebeurtenis die heeft bijgedragen aan de verspreiding van het Italiaans was de verovering en bezetting van Italië door Napoleon in het begin van de 19e eeuw. Deze verovering stimuleerde de eenwording van Italië enkele decennia later en duwde de taal van de Italiaanse taal. Italiaans werd een taal die niet alleen werd gebruikt door secretarissen, aristocraten en de Italiaanse rechtbanken, maar ook door de bourgeoisie.