Wat betekent diviso in Italiaans?

Wat is de betekenis van het woord diviso in Italiaans? Het artikel legt de volledige betekenis uit, de uitspraak samen met tweetalige voorbeelden en instructies voor het gebruik van diviso in Italiaans.

Het woord diviso in Italiaans betekent door, opdelen, indelen, verdelen, verdelen, splijten, splitsen, splitten, verdelen, opdelen, verdelen, opsplitsen, verdelen, opdelen, verdelen, opdelen, delen, delen, verdelen, uiteendrijven, verdeeld zijn, ontbinden, scheiden, verdelen, splijten, scheiden, uit elkaar halen, scheiden, afscheiden, indelen, groeperen, verdelen, opdelen, gedeeld, gedeeld, afzonderlijk, los, apart, apart, verscheurd, gescheiden, verdeeld, gedeeld door, over, halveren, halveren, in lettergrepen verdelen, in lettergrepen verdelen, onderverdelen, rangschikken, in drieën snijden, in tweeën delen, iets samen doen met, in groepen verdelen, in groepen indelen, halveren, uitsplitsen, doorsnijden, doorkruisen, opdelen, opsplitsen, van elkaar scheiden, in groepen versturen, fraseren, zich afzonderen van. Raadpleeg de onderstaande details voor meer informatie.

Luister naar uitspraak

Betekenis van het woord diviso

door

verbo transitivo o transitivo pronominale (operazione matematica)

Di solito utilizziamo divisioni complesse per dividere un numero decimale per uno intero.

opdelen, indelen, verdelen

verbo transitivo o transitivo pronominale

Setacciare la farina, quindi dividerla in tre parti uguali.

verdelen

splijten, splitsen, splitten

verdelen, opdelen

verbo transitivo o transitivo pronominale

Dividerò questa pizza in quattro fette.

verdelen, opsplitsen

verdelen, opdelen

verbo transitivo o transitivo pronominale

Il mago ha diviso le carte in tre mucchi.

verdelen, opdelen

verbo transitivo o transitivo pronominale

Suddividete l'area e mandate una squadra in ciascuna parte.

delen

verbo transitivo o transitivo pronominale

I bambini in classe dovevano condividere i libri di testo.

delen

verbo transitivo o transitivo pronominale

verdelen

verbo transitivo o transitivo pronominale

I ladri decisero di dividere i soldi equamente fra loro.

uiteendrijven

verbo transitivo o transitivo pronominale

Un agente della polizia ha diviso la folla.

verdeeld zijn

verbo transitivo o transitivo pronominale

La questione spaccava il paese in due.

ontbinden, scheiden

(gruppo, società)

Il governo sciolse il comitato corrotto.

verdelen, splijten

verbo transitivo o transitivo pronominale

scheiden

uit elkaar halen

verbo transitivo o transitivo pronominale

L'arbitro ha separato i due giocatori litigiosi.

scheiden, afscheiden

verbo transitivo o transitivo pronominale

Questo test separerà gli studenti bravi da quelli scarsi.

indelen, groeperen

verbo transitivo o transitivo pronominale

L'insegnante ha raggruppato gli studenti secondo le loro abilità.

verdelen, opdelen

gedeeld

aggettivo (operazione matematica)

Questo grafico a torta diviso aiuta gli studenti a visualizzare le frazioni.

gedeeld

(wiskunde)

Il quattro sta nel dodici tre volte.
Twaalf gedeeld door vier is drie.

afzonderlijk, los, apart

aggettivo

Dormimmo tutti in scomparti separati sulla nave.

apart

aggettivo

Ci sono due tipi di farina; tienili separati per cortesia.

verscheurd

aggettivo (figuurlijk)

Il paese è stato diviso per anni prima di firmare l'accordo di pace.

gescheiden

aggettivo (coppia)

La settimana scorsa la coppia separata ha incontrato gli avocati.

verdeeld

aggettivo (figurato)

Il partito scisso non è riuscito a raggiungere un accordo.

gedeeld door, over

preposizione o locuzione preposizionale (wiskunde)

Dodici diviso quattro fa tre.

halveren

Dovremmo dimezzare la cifra che spendiamo per mangiare.

halveren

(geometria)

in lettergrepen verdelen

(poco usato)

in lettergrepen verdelen

(poco usato)

onderverdelen, rangschikken

È possibile dividere il regno animale in due gruppi principali: i vertebrati e gli invertebrati.

in drieën snijden

verbo transitivo o transitivo pronominale

in tweeën delen

Se dividiamo in due la torta a ognuno ne andrà la metà.

iets samen doen met

ⓘQuesta frase non è una traduzione della frase di origine. Ik kocht het cadeau met vrienden om de kosten te drukken.

in groepen verdelen, in groepen indelen

verbo transitivo o transitivo pronominale

I bambini furono divisi in gruppi per la gara.

halveren

Dividere a metà l'impasto e lasciarlo lievitare in un luogo caldo.

uitsplitsen

verbo transitivo o transitivo pronominale

Il direttore chiese a Sally di dividere il conto per punti.

doorsnijden, doorkruisen

verbo transitivo o transitivo pronominale

Il percorso taglia in due un campo grande.

opdelen, opsplitsen

verbo transitivo o transitivo pronominale

van elkaar scheiden

verbo transitivo o transitivo pronominale

Abbiamo dovuto separare i ragazzi dalle ragazze in classe.

in groepen versturen

fraseren

(musica) (muziek)

zich afzonderen van

verbo transitivo o transitivo pronominale

È possibile separare la vita dall'arte?

Laten we Italiaans leren

Dus nu je meer weet over de betekenis van diviso in Italiaans, kun je leren hoe je ze kunt gebruiken aan de hand van geselecteerde voorbeelden en hoe je lees ze. En vergeet niet om de verwante woorden die we voorstellen te leren. Onze website wordt voortdurend bijgewerkt met nieuwe woorden en nieuwe voorbeelden, zodat u de betekenissen van andere woorden die u niet kent, kunt opzoeken in Italiaans.

Ken je iets van Italiaans

Italiaans (italiano) is een Romaanse taal en wordt gesproken door ongeveer 70 miljoen mensen, van wie de meesten in Italië wonen. Italiaans gebruikt het Latijnse alfabet. De letters J, K, W, X en Y komen niet voor in het standaard Italiaanse alfabet, maar komen wel voor in leenwoorden uit het Italiaans. Italiaans is de tweede meest gesproken taal in de Europese Unie met 67 miljoen sprekers (15% van de EU-bevolking) en het wordt als tweede taal gesproken door 13,4 miljoen EU-burgers (3%). Italiaans is de belangrijkste werktaal van de Heilige Stoel en dient als de lingua franca in de rooms-katholieke hiërarchie. Een belangrijke gebeurtenis die heeft bijgedragen aan de verspreiding van het Italiaans was de verovering en bezetting van Italië door Napoleon in het begin van de 19e eeuw. Deze verovering stimuleerde de eenwording van Italië enkele decennia later en duwde de taal van de Italiaanse taal. Italiaans werd een taal die niet alleen werd gebruikt door secretarissen, aristocraten en de Italiaanse rechtbanken, maar ook door de bourgeoisie.